Taborstraat – een fietsend gedicht
Hoor ze jubelen, de fans van Jezus Christ Superstar
“Laat ons hier drie sneeuwwitte tenten bouwen
voor het Ultieme Popfestival!”
zo in extase, alsof ze
in Tibetaanse klankschalen dobberen
op de Kralingse Plas...
O, jullie blowende minnaars van de Icarus-band
Ik hoor jullie vallen
en vallen
in het Beloofde Land – Here comes the Sun!
Op het dak van de El Aqsa-moskee – op het gouden dak!
Maar...de witgouden roeping van de mens
is
om een witgouden fietser te zijn!
Daarom doe ik mijn platina koplamp aan
( en ook het bloedrood van mijn achterlicht...)
en trap op lucide pedalen
dwars door het Kralngse Bos richting skyline
Taborstraat, ik zie je klinkers bij volle maan
als de schedels van Tibetaanse monniken
ballingen Eeuwigheid, vroom biddend hun mantra
in de sneeuw van Nepal
Om Mani Padme Hum!
Taborstraat met je verlichte politiepost (in de nacht)
ooit keer ik op mijn teruggestolen fiets
van uit de flonkerende skyline van de Himalaya
tot je kristallen kasseien
stoned terug
Om Mani Padme Hum!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten