God glimlacht vrijwel dagelijks naar mij
Ik ben immers zijn Uitverkorene
Vorige week beet hij zelfs speels in mijn oor/lel
( Zeg , God, ik ben Vincent van Gogh niet…! )
’s Nachts hoor ik Hem kwispelende geluiden maken
doodgelukkig als een Mexicaanse hond
Dan sta ik ’s ochtends gelouterd op
Hoor, hoe in Delft het Streetlife
begint van alle dag
- spic & span geschrobd
in het Straatje van Vermeer
Het Meisje met de Parel zoent mij daar
(plots) op mijn mond, hartstochtelijk!
Jij, (aboriginal) dromer van de witte waarheidsliefde
brandt bovenstaande zinnen in je hart
(en op je testikels het getal 007…)
en zie, je verminkte schouder-
bladen
zullen aluminium vleugels krijgen
en jij zult opstijgen naar Hoger Honing
als in een droom
Geen opmerkingen:
Een reactie posten