vrijdag 7 april 2017

Ode aan Marten Toonder – het Bommelding

Ik ging naar Slot Bommelstein om Heer Bommel te zien
Hij was er niet…
Wel was er bediende Joost, druk bezig aan het fornuis
met het bereiden van een potage a la conserve
een saucisse choucroute en/ of een jambon al Ratafla
althans een eenvoudige, doch voedzame maaltijd

Maar heer Bommel zelf  was met zijn Oude Schicht naar Rommeldam
Om het monument aan hem gewijd te zien
en aan Marten Toonder, zijn geestelijke vader

Maar Rommeldam heette nu… Rotterdam
De stad zag er heel anders uit  
En ook het monument bevreemdde hem

Wel was daar het beeld van Burgemeester Dickerdack
die zelfvoldane burgervader
En Professor Sickbock was er ook
die hem, heer Bommel,  zo vaak met zijn proeven gefolterd had
(Het Milgram-experiment is er kinderspel  bij…!)

En Markies de Canteclaer, Querulijn Xaverius…
dat opgeblazen haantje, dat dacht dat hij een dichter was
En Terpen Tijn…die van de gesuikerde augurk
En heel in top van de pyloon daar prijkte jonge vriend Tom Poes

Maar waar was hij zelf?

Wel droeg de wereldbol er
de heldergele kleur van zijn Herenjas 
En de rode strepen op dat kledingstuk
dienden nu wereldwijd tot meridianen

Maar waar was hijzelf…een Heer van Stand?

Toen hoorde hij een stem, een donkere
die van zijn schepper Marten Toonder

Ollie B. Bommel, jij bent hier overal
want in de harten

van àlle stripminnende Rotterdammers!

Geen opmerkingen: