Fortuyn
-
6 Mei 2002
De
VPRO-gids besteedde afgelopen week ruime aandacht aan Pim Fortuyn.
Dit naar aanleiding van de 8-delige documentaire Pim
Fortuyn - On Hollands
van Menna Laura Meier.
De
Gids doet dat door een uitgebreid gesprek met Leonard Ornstein te
publiceren, die zich opgeworpen heeft tot biograaf van Pim Fortuyn en
die op die biografie hoopt te promoveren. In dit gesprek laat hij
zich nogal bewonderend uit over Pim. Hopelijk schaadt die houding de
objectiviteit van biografie niet. Zo'n geautoriseerde biografie kan
immers voor jaren het beeld van iemand vastleggen. Het is afwachten.
Maandag
13 Oktober jl. werd de eerste aflevering van de documentaire
uitgezonden getiteld 'Hier ligt de democratie op de grond'.
Het
'dwingt' mij tot iets wat ik al langer van plan was, maar waar ik
steeds maar met toe kwam, nl. om mijn herinneringen aan de era
Pim Fortuyn
op schrift te stellen. Vanuit de gedachte willen we ooit van het
rechtspopulisme afkomen dan is het goed om te weten hoe het allemaal
begonnen is.
Tenslotte
ben ik niet alleen ooggetuige maar ook nog (bescheiden) medespeler in
het drama Fortuyn,
Hier
een eerste herinnering op Joop BNNVARA, er komen er meer, en wel aan
6 Mei 2002. 'De dag dat Pim Fortuyn op de grond lag.'
Fortuyn
behaalt een historische overwinning tijdens de
gemeenteraadsverkiezingen op 6 Maart 2002 in Rotterdam, de enige stad
waar hij mee doet, en wel in zijn hoedanigheid van lijsttrekker van
de zojuist opgerichte, lokale (rechtse) partij Leefbaar Rotterdam.
Zijn
plagerige overwinningsbravoure in het zgn. Witteman-debat op TV
beantwoordde Melkert, de lijsttrekker van de PvdA met zichtbaar
chagrijn. Daartoe welhaast gedwongen door de provocerende
gespreksleider Witteman ( “Zou u meneer Fortuyn niet eens
feliciteren, meneer Melkert?”)
Een
fatsoenlijke behandeling door de ene ‘sociaaldemocraat’,
VARAman-Witteman van de andere sociaaldemocraat, de politicus
Melkert, was ver te zoeken. Het verraste Melkert aantoonbaar. Hij zit
er dan ook als een uitgebluste apparatsjik bij, die op het punt staat
naar Siberië te worden uitgewezen….De Rode Familie is dood. Zoveel
werd die avond wel duidelijk. .
Ook
VVD –voorman Dijkstal begaat tijdens dat debat een klassieke fout.
Hij kijkt ostentatief op zijn horloge.
Dat
deed Nixon ook tijden het beruchte Kennedy-Nixon TV-debat in de Jaren
Zestig. 'Zo, meneer vindt het wel welletjes, meneer wil naar
huis?
'. Nixons Pyrrhusnederlaag wordt onder andere daaraan toegeschreven.
Het
beeld dat bij de tv-kijkers resteert van het Witteman-debat is dat
Melkert en Dijkstal behalve saai, ook nog eens geheide losers
zijn. Bovendien maakt ‘het debat’ met een klap duidelijk dat
Fortuyn niet een langer meer als zomaar een politiek avonturier kon
worden beschouwd, maar dat hij inderdaad een reële kans heeft …
om de nieuwe premier van Nederland te worden!
Vervolgens,
het kon niet uitblijven, wordt Pim Fortuyn door het electoraal succes
in Rotterdam overmoedig. Zo onderschat hij schromelijk de problemen
om een nieuwe partij van de grond te krijgen.
Hoe
kom ik aan de juiste mensen?.
Want
politiek is niet alleen emotie, het is óók
ratio. Het is, zoals gezegd, ook een vak. Mensen met kennis en kunde
aantrekken …het lukt hem van geen kanten. Hij doet er eigenlijk ook
geen moeite voor. Om hem heen ontstaat een louche gezelschap van
‘vrije jongens’, vastgoedhandelaren en politieke gelukszoekers.
Fortuyn
trekt zich overigens van kritische commentaren op zijn lijst weinig
aan. Waarom zou hij ? Lijst Pim Fortuyn dat is Hij… en Hij, alleen!
L’etat, c’ est moi !
De
rest doet er niet toe. Zie de vulling van de LPF-lijst, als
beschreven in het boek
“De
kinderen van Pim.” van ...
Joost Vullings!
Nomen omen est!
Persoonlijk
ervoer ik de uren met Pim Fortuyn bepaald niet als de aangenaamste
van mijn leven. De rechtervleugel van mijn partij, voornamelijk
mensen, die via Jan Nagel van Leefbaar Nederland waren binnengekomen,
types als Sørensen en Madlener, waren dus al gauw naar Fortuyn
overgelopen. Partijvoorzitter
Ferry Veen(‘Fast Ferry’ ) zou spoedig volgen .
Sørensen
heeft het zelfs nog bestaan mij, naar zijn zeggen namens
Fortuyn,
het fractievoorzitterschap van het nieuwe Leefbaar Rotterdam aan te
bieden…de Stadspartij zou wel dan in Leefbaar Rotterdam moeten
opgaan. Die dacht blijkbaar, dat ik een soort opportunist was, voor
wie het niet uitmaakt, wie mijn politieke medestanders zijn en wat
hun ideeënwereld is…
De
redenering, die Sørensen zelf daarover geeft is, dat mij de eer
toekwam ik met de Stadspartij te hebben aangetoond dat een lokale
partij in een grote stad i.c. Rotterdam mogelijk was. Tot dan toe
bestond het verschijnsel lokale partij immers alleen in dorpen en
kleine steden. Het zij zo, maar ik had én
heb een heel andere maatschappijopvatting dan de Fortuynistische. Dus
niks samen optrekken, dat zag ik niet zitten.
Door
zijn gigantische verkiezingsoverwinning was Fortuyn ‘gedwongen’
te formeren.
Er
diende een immers een nieuw College van B&W te komen. Wel, dat
formeren moest, volgens hem, zo
publiek
mogelijk. En daar zaten we dan plots in een soort van geïmproviseerde
mediaspektakelshow in de tweede vergaderzaal (kamer 8) op het
Stadhuis.
Het
lokaal was werkelijk benauwend overvol Pers
Wij,
de fractievoorzitters, zaten met in onze nekken het voortdurend
geflits en geklik van camera’s en hun brandende warmte. Het was
uiterst irritant
Een
voor een werd ons door Fortuyn de vraag gesteld of wij deel wilden
uitmaken van het College. Ik hoorde mezelf zeggen ‘het heeft geen
poëzie, alles wat je doet, Fortuyn. Het had anders kunnen zijn…’.
Groot
en meeslepend
wil
ik kleinschalig zijn
wáre
politiek is poëzie!
Nog
steeds vind ik dat een goed antwoord. Poëzie zie ik als een vorm van
creatieve humaniteit, en creatieve humaniteit was op dat moment ver
te zoeken. Bovendien als eenmanspartij, en dat was de Stadspartij van
nu af aan, was het sowieso geheel irreëel om aan het College deel te
nemen. Fortuyn luisterde dan ook nauwelijks naar mij. De volgende was
aan de beurt.
Buiten
had hij zijn Daimler opzichtig... op de stoep geparkeerd. Tegen dat
asociaal gedrag werd niets gedaan. Ook door de burgemeester niet.
Later
werd het zelfs Opstelten te gortig Hij wist te bewerken dat Rinus
van Schendelen van de Erasmus-universiteit als formateur zou gaan
optreden. Deze nestelde zich in het Parkhotel in een chique
vergaderkamer achter een dikke walm dure sigarenrook. En een cognac
binnen handbereik. Kortom, hij ontving daar als een Grand Seigneur.
Maar het lukte! Hij wist een college te formeren van drie Leefbaar-
wethouders, twee CDA en twee VVD .
Dar
was erg royaal van Fortuyn, want hij had met Leefbaar behoorlijk meer
zetels dan het CDA en de VVD samen. Maar Fortuyn had haast. Hij moest
het land in.
De
slag om Den Haag moest geleverd.
De
last van een lange formatie aan de Coolsingel zou alleen maar
knellend werken.
Dan
komt maandagmiddag 6 Mei 2002, half zes. We zaten met het Presidium –
de fractievoorzitters van alle partijen in de gemeenteraad - in de
B&W vergaderkamer. Die vergadering van het Presidium heeft als
hoofddoel een werkbare agenda voor te bereiden voor de volgende
raadsvergadering. Maar er komen meestal, zeker in de rondvraag, ook
andere zaken aan de orde. Er wordt een ‘eenvoudige doch voedzame’
maaltijd genuttigd. Bij Peper was dat altijd boerenkool met worst,
want daar was Bram gek op (naast Babi Pangang) .
Bij
Opstelten was er wat meer variatie. Hoewel,wat de pot schafte op die
fameuze dag, 6 Mei 2002, kan ik mij niet herinneren. Een culinair
hoogstandje kan het dus niet geweest zijn...
Tegen
zessen kwam er een bode binnen met een briefje voor de burgemeester.
Opstelten
excuseerde zich en schorste voor een moment de vergadering.
Hi
begaf zich met de bode naar de aanpalende Burgemeesterskamer.
Vervolgens werden ook wij daarheen geroepen
Op
de burgemeesterskamer stond een TV- toestel. En daar op was te zien,
hoe Pim Fortuyn languit op de grond lag met een bebloed verband om
zijn hoofd, midden in het Mediapark van Hilversum. Hij was
neergeschoten. .
Ik
kreeg de indruk dat Opstelten niet goed wist wat te doen. In elke
geval sloot hij formeel de vergadering en stuurde ons naar huis.
Maar
amper was ik thuis aangekomen of er werd gebeld vanuit het Stadhuis
of ik weer terug wilde komen. Dus de fiets maar weer uit schuurtje en
terug naar het Stadhuis. Daar hadden zich rijen mensen verzameld voor
de deur.
Er
stond een tafeltje in de hal, waarop een kaarsje, en daar aan kon men
het Condoleanceboek tekenen.
In
de loop van de avond kwamen daar heel wat tafeltjes bij. Zo groot was
de aanloop.
Ik
werd naar boven geloodst naar de Burgemeesterskamer, die op dat
moment geheel leeg bleek.
Was
ik was ik enige fractievoorzitter, die was teruggekeerd?
Wel
was daar op dat moment de journaliste Wouke van Scherrenburg, bij wie
Pim ooit in haar programma op Rijnmond-TV was weggelopen, na haar te
hebben toegevoegd, omdat hij haar kritisch ondervragen blijkbaar
buitengewoon irritant vond: “Mens, ga toch koken!”.
Ik
had dat programma toevallig gezien, en dacht toen, nu gaat het
gebeuren! Nu heeft hij de feministen
tegen
zich in het harnas gejaagd. “Het enige recht van de vrouw is het
aanrecht” ! Dit gaat niet gepikt worden. Dit wordt zijn ondergang.
Maar nee, het feminisme bleek al even gelaten als de
sociaaldemocratie. Nauwelijks enige reactie uit die kringen op dit
gevleugelde 'Fortuyn-woord’.
Er
kwam nu een mij onbekende journalist op Wouke af en die voegde haar
toe “Het jij nu je zin, Wouke!’ Waarna hij zich wendde tot mij
“En dat geldt ook voor u , meneer K.!’
Alsof
wij schuldig waren aan de moord op Fortuyn, omdat wij ons kritisch
hadden uitgelaten ten opzichte van zijn persoon en programma! Ja, zo
was toen de zieke sfeer!
Nu
was er plotseling rumoer op de gang. Daar kwam een hele troep mensen
aan. De burgemeester voorop, maar ook Sørensen en zowat alle leden
van de Leefbaar Rotterdam-fractie. En, last but not least, Cremers,
de fractievoorzitter van de PvdA ‘de Melkert van Rotterdam’…
Wat bleek… ze hadden in de fractie kamer van Leefbaar onder leiding
van de burgemeester ….gebeden!
Ze
hadden gebeden! ( Niet tot Allah neem ik aan…).Waar was 'de
scheiding tussen kerk en staat' in de Franse absolute zin (lãicering)
waar Sørensen
zich strijk en zet voorstander van betoond had ?! Mea van Ravenstein
van D66 die inmiddels ook was gearriveerd en ik keken elkaar aan in
een berustend zwijgen. Dit was niet het juiste moment om cynisch te
worden.
Ik
condoleerde wie ik moest condoleren en vertrok. Buiten zwol de massa
op het trottoir van de Coolsingel nog almaar aan. Het
condoleance-tekenen is die avond én
nacht nog lange tijd door gegaan.
Bloemen,
knuffels, waxinelichtjes, onbeholpen liefdesbrieven tot de Grote
Leider (‘Pim, niet Mao…’ ) begonnen zich intussen tegen de
voorgevel van het Stadhuis op te stapelen. Het geheel deed sterk
denken aan de toestand toentertijd in Engeland, rond de dood van
prinses Diana, Lady Di, met een soortgelijke bloemenzee - , op een
veel grotere schaal, uiteraard - tegen de hekken van Buckingham
Palace.
Ik
fietste de nacht in ‘ als van een gekkenhuis’ vandaan’. En die
nacht is nog steeds niet voorbij....