In
zulke huizen rochelt de grote eenzame
kikvors,
prins Hendrik
in
de schaduwen van de gootsteen
Ben
ik pluche fauteuil / perkamenten
schemerlamp
/ aluminium rookstel
onnozel
& verwerpelijk
Hoeksteen
geworden
van de 19e eeuw
de
Bergrede, stoffig op de gang, in een verguld lijstje
Ook
al glimlacht mijn navel als een zen-monnik
en
lijkt mijn buik de Grote Stuurman Mao
ik
behoor het ras Verleden. Definitief
Mijn
stem, vergeeld
een
avondblad
JAPANS ZWAARDVECHTER
KAAPT
NEDERLANDS
VLIEGTUIG
In
zulke acacialanen, goud betraand
kalend
van Najaar
spiegelt
zich in alle badkamers
de
polsen
emaille
op
de rand van de waanzin
een
samourai :
‘Bidt voor Ons, Heelal
Zwart Niets,
meedogenloos!’
Geen opmerkingen:
Een reactie posten