Zij
hield haar ogen
schuin
als
elfen op een maretak
Zij
hield haar schoot open
alsof
daar op lag een Pekinees
En
zij bedreef de liefde
zoals
Erasmus op zijn sterfbed
plots
al
zijn goud-geciseleerd Latijn ten spijt …
zijn
moers taal sprak
‘Mien lieven god… fluisterde hij: “ Mien lieven god…”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten