Naso in Tomi
Barbaren vragen mij
_ eeuwen en eeuwen te
laat _
hoe laat het is
Ach, zelfs de tijd is
heden bevroren
en het woord is ijs
geworden
in Bartlehiem / in Bethlehem
en Zij, alleen Zij, schaatst het los
.
Schaatsenrijdster,
dagelijks zo sierlijk
rakelings
langs 't wak van
mijn ziel
waarom ben ik
heden ijziger eenzaam
dan de zerken
achter je vaders Pastorie
te Foudgum?
Minnaar,
wat lig je toch te Hendrick
Avercampen,!
Gestruikeld, soms, over de wonden
van Sint Lidwina van Schiedam?
Kom! Marieke Froukje
Rigtje! Kom!
Ik heet toch niet
van voren Bonifaas
En van achteren van Dokkum !
Geen opmerkingen:
Een reactie posten