Waarom zwijgt de kamer
over hun katoenrood gegiechel
alsof de ochtend niet vergiftigd wordt
door de damp van hun volmaaktheid?
Uit natte badhanddoeken
begint de opmars van hun billen
Hoe ze je opwachten aan het ontbijt
amandelogig , met
veters, ongestrikt…
Hoe je veegt monden, roestkleurig
van de chocolade hagelslag
neuzen, luidruchtig snotgroen
van de eeuwige zee…
Wat willen jullie?
Ambrozijn
op jullie boterham naar school
of appelstroop?
Hoor de stilte van hun blonde wimpers
onder het warrig melkwoud
van hun haardos
Jij droomt terug
en knielt
Nausikäa …Nausikäa …
nièt voor de zee van hun verlangen
maar voor de losse
loopsheid
van hun schoentjes!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten