Waar
zijn de naakten die elkaar in de kleedhokjes
de
bezwete abrikozen lijven kusten?
Verlaten
ligt het wit terras van wespen
&
van dromers
glazen
Cassis slurpt enkel nog de ondergaande zon
“Jongens,
wie badmeester Nazomer’s fluitje opduikt
mag heel de septembermaand gratis…”
Avond
valt over de zwemmers van toen, de lachers
de
duikers… over hun joelende torsos
gekatapulteerd
van
de Hoge
_
de ogen vol chloor_
in
’t beschaduwd
blauw
van
’t diepe
Spiegelend
leegte
Betegeld
niets
Geen opmerkingen:
Een reactie posten