Mijn poten
baad ik niet in onschuld, maar
in slootwater
aldus handel ik analoog
aan de waarheid
die mij aldaar weerspiegeld wordt:
dat ik een soort Boris Karloff
in een filmsmoking van
matzilver
met vooroorlogse revers
met, plots uit het diepst van
mijn Roer-
mond
die allerbedomptste grafstem van
me
o, als uit een door bagger verstopte
bazuin
op de dag van het Laatste
Oordeel
Hoemmp!
Hoemmp!
En van mijn ver familielid,
prins Reiger
alhier zo doodsgrauw tussen het
riet
als een vampier in een per
abuis
(bij ochtendlicht) geopende doodskist
o, engerlingen, dikkopjes
& verder appetijtelijk watergespuis
weet ik geen kwaad
wens ik geen kwaad
te weten!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten