In een duinpan wil zij zichzelf schilderen
liefst donkerroze
en in een eenzaamheid, krom van wind
het hoge, canvaswitte
voorhoofd
alleen gestreeld door lichtblond helmgras
weg
van haar (gebarsten) glazen muiltjes
roodharige sprookjeszusters
(3)
bebloed spinnenwiel…
met enkel nog de tederheid van haar penseel
en soms een huppelend duinkonijn
En als ik dan de meeuwen krijsen hoor
of de golfslag van de branding
dan zal ik komen
met op mijn kop, meeuwwit
een doornenkroon
als voor een Kruisiging (afzichtelijk)
op een (onaf) zee-
gezicht
1 opmerking:
aan de rood-maan-vogel
..dank voor een teer verwond-erde vrouw in t zand..
0-x-0 ronnííí
Een reactie posten