In zijn roman
Oorlog & Vrede verdedigt Tolstoj de stelling dat Napoleon en zijn
tegenstander de oude Russische maarschalk Koezotov slechts speelbal waren van
hun lot, de oorlog. De Oorlog zelf is zogezegd de hoofdpersoon van Tolstoj’ s
roman, en Napoleon en Koezotov zijn niets dan pionnen op oorlogsgod Mars’
bebloede schaakbord.
De Britse
filosoof Carlyle, zag het precies andersom: de grillige persoonlijkheid van
het genius Napoleon bepaalde volgens hem de loop van de Russische oorlog,
ja, van heel de geschiedenis van het toenmalig Europa.
De gemiddelde
geschiedschrijver pleegt te kiezen voor een tussenpositie. Zowel de poppetjes als het
spel. Bij de ene chroniqueur ligt dan meer de nadruk op het spel, bij de ander
op de spelers.
Vandaag kiezen we
hier maar eens, bewust eenzijdig, voor het poppetjes-perspectief. Wat is er
immers niet een prachtige schat aan anekdotes bekend over Grote Mannen die in
feite... miserabele onderdeurtjes waren.
Om maar te beginnen
bij Napoleon zelf.
L' Empereur was legendarisch klein van stuk en
leed daar onder. Zo zoekt op een goede dag de Keizer Aller Fransen een bepaalde
stafkaart. Die blijkt te liggen op een hoge kast. " Wacht maar, Majesteit..."
zegt veldmaarschalk Murat behulpzaam : " Ik ben groter dan u, ik pak 'm
wel! "
" Nee,
Murat," riposteerde Napoleon: " Jij bent niet groter, jij bent
langer...!".
Befaamd is de ook
de foto van het Psycho-analytisch Genootschap , waarop Freud poseert te midden
van zijn volgelingen... op een op voor de toeschouwer onzichtbaar sinaasappelkistje,
teneinde… groter te zijn dan de
‘christen’ Jung !
Freud, of all
people!
En Picasso, die
precies een centimeter grote was dan J.P. Sarte (1 m 61), antwoordde eens aan
een journalist die hem vroeg wat er nog aan zijn geluk ontbrak_ le maître
bezat immers alles...roem, vrouwen, geld ... : " Wel meneer , 5
centimeter! "
Klein leed, grote
gevolgen!
Had Hitler ook niet maar èèn bal.?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten